• Arbeidsongeschiktheid
  • Geestelijke gezondheid

Jonge werknemers steeds vaker arbeidsongeschikt: psychosociale problemen sterk in opmars

De Onafhankelijke Ziekenfondsen (met Helan in Vlaanderen) publiceren vandaag een uitgebreide studie over de evolutie van arbeidsongeschiktheid bij jonge werknemers in België. De conclusie is helder en zorgwekkend: 18-tot 34-jarigen worden steeds vaker arbeidsongeschikt verklaard door psychosociale problemen. Die trend zet zich jaar na jaar sterker door. Op basis van de gegevens van 2,3 miljoen leden tussen 2018 en 2024 schetst de studie een uitgesproken generatie-effect dat om actie vraagt.

Afbeelding
Jeune femme concentrée, l’air préoccupé, travaillant sur un ordinateur portable dans un espace de coworking animé, illustrant la charge mentale ou le stress au travail chez les jeunes

Broze mentale gezondheid van bij start carrière

In 2024 was 39 procent van de nieuwe arbeidsongeschiktheden bij 18- tot 34-jarigen het gevolg van psychosociale aandoeningen zoals burn-out, depressie, stress of angststoornissen, tegenover 30 procent bij 35-plussers. Sinds 2018 nam hun aandeel met bijna 35 procent toe, tegenover 20 procent bij de oudere leeftijdsgroep. Musculoskeletale problemen namen slechts in beperkte mate toe.

Burn-out en depressie samen zijn intussen goed voor een kwart (25%) van alle nieuwe gevallen van arbeidsongeschiktheid bij min-35-jarigen, een relatieve stijging van 40 procent sinds 2018.

De evolutie van deze diagnoses binnen de nieuwe instroom in arbeidsongeschiktheid is duidelijk:

  • Het aantal jongeren dat arbeidsongeschikt wordt door burn-out, steeg met 136 procent tussen 2018 en 2024, tegenover 78 procent bij de 35-plussers.
  • Het aantal depressiediagnoses nam toe met 36 procent bij jongeren, tegenover 6 procent bij de oudere werknemers. 

De stijging doet zich zowel bij mannen als vrouwen voor, maar niet op dezelfde manier:

  • Bij mannen stijgt vooral het aantal burn-outs.
  • Bij vrouwen zien we een sterkere groei in depressie, stress en angstklachten.

Deze cijfers tonen een duidelijke generatiekloof: jongeren worden proportioneel zwaarder getroffen door psychosociale problemen dan hun oudere collega’s, en die kloof wordt breder tussen 2018 en 2024. Deze trend zien we in alle onderzochte statuten, maar vooral werknemers in loondienst worden sterker getroffen: in 2024 had bijna 45 procent van de jonge bedienden die arbeidsongeschikt werden psychosociale problemen (+23% t.o.v. 2018), tegenover 25 procent van de jonge arbeiders en zelfstandigen (+32% en +48% t.o.v. 2018).

Bij mensen in een sociaal-economisch kwetsbare positie doet deze toename zich voor in alle leeftijdscategorieën.
 

Hoger risico op langdurige arbeidsongeschiktheid

Uit het onderzoek blijkt verder dat één op de zeven (14%) arbeidsongeschiktheden bij jongeren uiteindelijk overgaat in invaliditeit (meer dan 12 maanden arbeidsongeschikt). Bij psychosociale aandoeningen loopt dat cijfer nog hoger op:

  • 22 procent van de jongeren met depressie, angststoornissen of stres gaat over in invaliditeit.
  • 18 procent in het geval van een burn-out. 

Ter vergelijking: bij musculoskeletale problemen is dat 14 procent.

De groei van psychosociale aandoeningen bij jongeren draagt significant bij tot de stijgende invaliditeitscijfers in deze leeftijdsgroep”, zegt Ruud Saerens, Arts en Expert bij de Onafhankelijke Ziekenfondsen. “Waar langdurige arbeidsongeschiktheid vroeger vooral oudere werknemers met fysieke problemen trof, zien we nu een sterke verschuiving richting jongeren met psychosociale klachten.”

Deze evolutie doet zich ook voor in de buurlanden en op internationaal vlak.

Waarom worden jongeren zo kwetsbaar?

“De verslechtering van de mentale gezondheid bij jongeren is bijzonder verontrustend. Ze wordt bepaald door een brede waaier aan factoren, waarvan vele buiten het klassieke gezondheidsbeleid vallen,” stelt Thomas Otte, Expert Arbeidsongeschiktheid bij de Onafhankelijke Ziekenfondsen.

Verzwakte fundamenten van mentale gezondheid

Mentale gezondheid wordt bepaald door verschillende determinanten, die zowel gunstig als nefast kunnen inwerken op het mentaal welzijn:

  • Sociaal netwerk: veruit de belangrijkste buffer tegen stress.
  • Socio-economische situatie en job kwaliteit: stabiliteit en zingeving versterken het welzijn.
  • Individuele factoren: fysieke gezondheid, psychosociale vaardigheden, vroege levenservaringen hebben een invloed op de veerkracht.
  • Leefomgeving: een groene, veilige en publieke ruimte die uitnodigt tot sociale contact bevordert het mentale welzijn.

Ontbreekt of verzwakt een van deze determinanten, dan verhoogt dat de kwetsbaarheid. Vooral sociale ondersteuning en de socio-economische status blijken een cruciale rol te spelen in dit evenwicht: zonder deze twee wegen de andere stressoren zwaarder door waardoor de persoon meer kwetsbaar wordt voor stress.

Een snel veranderende arbeidsmarkt

Jonge werknemers ondervinden specifieke uitdagingen op het werk:

  • Moeizame overgang van studies naar werk: nieuwe context, minder vaste structuur, en een mogelijk grote kloof tussen verwachtingen en realiteit.
  • Kwetsbare sociale verbindingen: telewerk en flexdesks bemoeilijken focus én betekenisvolle professionele relaties, die een belangrijke factor zijn in het welzijn.
  • Nood aan erkenning en interactie: de kwaliteit van professionele relaties blijft een belangrijke beschermende factor in een steeds competitiever werkklimaat.

Deze factoren samen hebben een grote invloed op de mentale gezondheid van jonge werknemers. Het versterken van sociale banden en erkenning op het werk zijn cruciaal voor het welzijn.

Altijd en overal geconnecteerd, een bron van stress

Het intensieve gebruik van schermen, zowel op het werk als privé, laat steeds minder plaats voor mentale rust met digitale vermoeidheid, cognitieve overbelasting en slaapproblemen als gevolg. 

Sociale media kunnen een versterkende factor zijn in het ontwikkelen van mentale problemen:

  • Meer stress en angst door de overvloed aan prikkels en informatie.
  • Minder echte sociale interactie: schermtijd vermindert het aantal ‘echte’ menselijke contacten, deze zijn nochtans cruciaal voor het welzijn.
  • Sedentaire levensstijl en lichamelijke klachten: langere schermtijd betekent ook een meer inactieve levensstijl, dit verhoogt de kans op obesitas en chronische aandoeningen.
  • Hoe vroeger jongeren toegang krijgen tot smartphones en sociale media, hoe zwaarder de negatieve impact.

Digitale technologie kan uiteraard ook voordelen bieden, maar de intensiteit van het gebruik verhoogt de mentale kwetsbaarheid.

Een onzeker toekomstbeeld

Jongeren kijken aan tegen een reeks grote maatschappelijke onzekerheden: klimaatcrisis, geopolitieke spanningen, economische druk, hoge woonkosten en een wankel arbeidsmarktperspectief. Professionele prestatiedruk, polarisatie en de continue stroom aan onheilspellende online inhoud versterken dat onveiligheidsgevoel.

Collectieve verantwoordelijkheid

Volgens de Onafhankelijke Ziekenfondsen is een brede, gecoördineerde aanpak nodig. “Preventie moet al vanaf de kindertijd beginnen. Daar worden de fundamenten gelegd voor mentaal welzijn. Vroeg ingrijpen geeft jongeren meer handvaten om later de professionele wereld beter te navigeren.” benadrukt Saerens.

De Onafhankelijke Ziekenfondsen formuleren aanbevelingen binnen drie actiedomeinen: beleid, werkvloer en sociale cohesie.

  • Sterk beleid voor betere mentale gezondheid
    • Werk maken van een interfederaal plan voor mentale gezondheid.
    • Het principe ‘Mental Health in All Policies’ integreren in alle overheidsbeslissingen.
    • Zorgtrajecten voor burn-out en depressie ontwikkelen, afgestemd tussen zorgverleners en werkgevers.
  • Actie op de werkvloer
    • Risico’s van hybride werkvormen (telewerk, flexdesks) actief aanpakken, met aandacht voor sociale verbondenheid.
    • Werkgevers trainen in het belang van mentale gezondheid.
    • Invoeren van een label “Mentaal Gezonde Werkplek”.
    • Jongeren beter begeleiden via mentoren, regelmatige feedback en sociale ruimtes.
    • Een evenwichtige werk-privébalans stimuleren.
  • Meer veerkracht en sterkere sociale cohesie
    • Mentale gezondheidsvaardigheden opnemen in het onderwijs, met betrokkenheid van ouders.
    • Sport, cultuur en sociale activiteiten toegankelijker maken.
    • Digitale omgeving beter reguleren:
      • Sensibiliseringscampagnes
      • Toegang tot smartphones en sociale media op oudere leeftijd
      • Stimuleren van ethische platformen
      • Schermvrije zones in jeugdruimtes

Helan, Onafhankelijk Ziekenfonds zet al langer in op mentaal welzijn. Dat gebeurt via terugbetalingen voor psychotherapie, tussenkomsten voor sport en beweging, en via preventie-initiatieven die jongeren en ouders bewuster maken van de impact van sociale media. Op de pagina Mentaal welzijn vind je een overzicht van alle ondersteuning.