Terugblik op de hoogtepunten van het symposium 2022 ‘Mijn gezondheid, mijn ding!’

• De COVID-19-pandemie heeft de schijnwerpers op de geestelijke gezondheid van onze jongeren gezet. Zoals Valérie Glatigny, minister van Jeugd in de Franse Gemeenschapsregering, benadrukte, is investeren in de gezondheid van jongeren ook een vorm van preventie wanneer ze volwassen worden.
• Over het algemeen vinden jongeren dat ze in goede gezondheid verkeren. Dat komt in ieder geval naar voren uit onze enquête die we hebben afgenomen bij 1.000 Belgen van 16 tot 25 jaar. 3 op de 5 jongeren vinden dat ze in goede gezondheid verkeren, maar 1 op de 2 maakt zich soms zorgen over zijn gezondheid.
• De enquête onthult ook dat 3 op de 4 jongeren tussen 16 en 25 jaar al informatie over gezondheid hebben opgezocht via de media. Toch vindt 1 op de 4 jongeren het moeilijk om de informatie te begrijpen, en amper de helft kan blijkbaar het verschil maken tussen betrouwbare en onbetrouwbare informatie.
• Kathleen Beullens (KU Leuven) vertelde ons dat een groot deel van de jongeren meer tijd doorbrengt op mediaplatformen dan dat ze slapen of naar school gaan. De media zijn voor hen ook een grote bron van informatie over gezondheid. De thema’s die hen het meeste bezighouden worden veel besproken op sociale netwerken. Sommige berichten kunnen inspirerend zijn, andere verontrustend.
• Katia Castetbon (ULB) heeft ons uitgelegd dat de verwachtingen en gevolgen van de jongeren voor hun gezondheid zeer sterk verschillen van persoon tot persoon. Volgens een HBSC-enquête (Health Behaviour in School-aged Children) van 2018 geven meisjes aan in minder goede gezondheid te verkeren dan jongens. Ze zijn echter wel geneigd om vaker gezondheidsbevorderend gedrag aan te nemen, behalve op het vlak van fysieke activiteiten. Meisjes lijken daarnaast gestresseerder te zijn door schoolwerk dan jongens. We merken op dat dit verschil groter wordt in de hogere schooljaren.
• De school is een plek om te leren en de gezondheid te bevorderen. Jongeren verwachten van de school dan ook dat zij hen informeert over zaken die hun gezondheid beïnvloeden. Zij lijken haar echter niet te beschouwen als een bevoorrechte gesprekspartner. Uit de resultaten van onze enquête blijkt dat slechts 17 % van de ondervraagde jongens en 8 % van de ondervraagde meisjes vindt dat de school hen kan motiveren om zich met hun gezondheid bezig te houden, maar twee derde van de jongeren zou graag willen dat de school meer verantwoordelijkheid op dit gebied neemt, met name wat risicogedrag betreft.
   

• Welke rol moet de school spelen? Dat is een ruime vraag. Jongeren weten misschien niet voldoende dat er op school plaatsen zijn waar ze zich in alle vertrouwelijkheid kunnen uitdrukken. In het secundair onderwijs kan de opvoeder bijvoorbeeld een specifieke rol spelen, net als actoren zoals het CLB of de diensten voor gezondheidspromotie op school, volgens Sophie de Kuyssche (SeGEC).
• Zoals Wannes Magits (Sensoa) aangeeft, is seksualiteit een belangrijk thema bij jongeren. Ze zoeken er informatie over op via de media, school en vrienden. De school kan een ideale plaats zijn om correcte informatie te geven over seksuele gezondheid. En het is absoluut mogelijk om het onderwerp al op jonge leeftijd aan te snijden met een toon en taalgebruik die zijn aangepast aan het kind. Jongeren zouden dit thema zelf graag meer willen bespreken op school. Dat is vooral nodig in de context van seksueel grensoverschrijdend gedrag: als het weet wat het wil, kan het kind beter aangeven wat het niet wil.
• Volgens deze enquête zijn een gebrek aan gezonde voeding, een gebrek aan fysieke beweging, een slaapgebrek en geestelijke gezondheidsproblemen de onderwerpen die jongeren het meest bezig houden. Ook het financiële aspect is een punt van zorg. Toegang tot een evenwichtige voeding of tot sportfaciliteiten kost geld.
• Om jongeren meer verantwoordelijkheid te laten nemen voor hun gezondheid, raden de Onafhankelijke Ziekenfondsen aan de voorlichting, sensibilisering en preventie onder jongeren en degenen die zij als invloedrijk beschouwen (zoals hun naaste vrienden en familie) te versterken over onderwerpen die zij belangrijk vinden, namelijk sport, gezonde voeding en voldoende slaap. En zoals Gauthier De Wulf (Forum des Jeunes) terecht opmerkt, moeten jongeren meer betrokken worden via participatiemechanismen. De initiatieven moeten versterkt worden.

Symposium "Mijn gezondheid, mijn ding"