Psychosociale stoornissen en musculoskeletale aandoeningen: een steeds groter wordend aandeel
Tussen 2012 en 2023 steeg het aantal langdurig arbeidsongeschikte Belgen (+12 maanden) met 73%, tot 526.507 personen eind 2023. In dezelfde periode steeg het percentage verzekerden dat recht heeft op uitkeringen van 6,5% tot 10,3% en verdubbelden de uitgaven voor uitkeringen van 5,5 naar 12 miljard euro.
In 2024 waren psychosociale stoornissen of musculoskeletale aandoeningen samen verantwoordelijk voor meer dan de helft van alle nieuwe arbeidsongeschiktheidsgevallen (bijna 55%). Maar liefst 13 diagnoses die verband houden met deze aandoeningen staan in de top 20 van meest voorkomende oorzaken, met als top drie: burn-out, depressie en lumbago:
- Mentale en gedragsstoornissen: 16%, waarvan 7,2% enkel voor depressie. Met opmerkelijke stijgingen tussen 2018 en 2024: +16% voor depressie, +56% voor dysthymie, +106% voor stress gerelateerde stoornissen, +52% voor angststoornissen.
- Burn-out: 13%, een spectaculaire stijging met maar liefst 94%.
- Musculoskeletale aandoeningen (rugpijn, gewrichtspijn, …): 25%, met een variabele stijging afhankelijk van de aandoening (+2% ischias, +44% knieartrose).
Psychosociale stoornissen en musculoskeletale aandoeningen domineren zowel bij nieuwe gevallen van arbeidsongeschiktheid, als bij langdurige ziekte (langer dan een jaar), waar ze bijna 70% van de gevallen uitmaken:
- Mentale en gedragsstoornissen: 24%, waarvan 11% enkel voor depressie
- Burn-out: 19%
- Musculoskeletale aandoeningen: 25%
Deze cijfers tonen aan hoe essentieel betere preventie en begeleiding zijn om het aantal gevallen terug te dringen en het herstel te versnellen.
Een verschillende evolutie afhankelijk van het beroepsstatuut
We tekenen de sterkste stijging van nieuwe patiënten in arbeidsongeschiktheid op bij de zelfstandigen: +49% op 6 jaar tijd. De afschaffing van de wachttijd in 2019 heeft de toegang tot uitkeringen versneld, maar verklaart slechts een derde van deze stijging. De diagnoses die het meest zijn toegenomen bij zelfstandigen zijn musculoskeletale aandoeningen (+77% van de zelfstandigen onder de nieuwe gevallen van arbeidsongeschiktheid als gevolg van deze aandoeningen), burn-out (+67%) en mentale en gedragsstoornissen (+58%).
“Voor veel zelfstandigen is arbeidsongeschikt zijn geen optie. Ze wachten vaak tot het echt niet meer gaat. Dat maakt dat klachten vaak verergeren en herstel langer duurt”, stelt Xavier Brenez, CEO bij de Onafhankelijke Ziekenfondsen.
In 2024 kregen alle beroepsstatuten te maken met arbeidsongeschiktheid, maar de verschillen per ziekte zijn duidelijk:
- Musculoskeletale aandoeningen: Meer dan de helft van de nieuwe arbeidsongeschiktheden treft arbeiders (56,2%), terwijl zij slechts een kwart van de uitkeringsgerechtigde leden uitmaken (26,3%).
- Mentale stoornissen: Bijna twee op de vijf nieuwe gevallen gaan om arbeiders (37,9%), tegenover een vertegenwoordiging van amper 26,3%. Bedienden worden vaker getroffen (53,9%) , al zijn zij ook sterker vertegenwoordigd binnen de groep uitkeringsgerechtigden (53,4%).
- Burn-out: Twee op de drie nieuwe arbeidsongeschiktheden zijn bij bedienden te vinden (67,2%), die ruim de helft van de uitkeringsgerechtigde leden vormen (53,4%).
Generatie- en genderkloof zichtbaar
Uit de studie blijkt dat 80% van de nieuwe gevallen van arbeidsongeschiktheid mensen tussen 30 en 59 jaar zijn. Tussen 2018 en 2024 stijgt het aantal intredes wegens musculoskeletale aandoeningen zeer sterk bij 59-plussers, terwijl het juist daalt bij jongere werknemers. Omgekeerd nemen mentale klachten en burn-out proportioneel veel sneller toe bij mensen onder de 40 jaar.
In 2024 waren er meer vrouwen dan mannen die arbeidsongeschikt werden: 52,7% tegenover 47,3%. Toch zijn er minder vrouwen dan mannen onder de uitkeringsgerechtigde leden van de Onafhankelijke Ziekenfondsen: 46,5% tegenover 53,5%). Met andere woorden: vrouwen zijn oververtegenwoordigd bij nieuwe gevallen.
Zowel in 2018 als in 2024 vertegenwoordigen ze 65% van de intredes wegens burn-out en 58% wegens mentale en gedragsstoornissen. Voor musculoskeletale aandoeningen is hun aandeel vergelijkbaar met dat van onze uitkeringsgerechtigde leden. Daar zijn ze dus niet oververtegenwoordigd, in tegenstelling tot psychosociale stoornissen.
8 op de 10 binnen het jaar terug aan het werk
Bijna 8 op de 10 personen hervatten het werk binnen het jaar. Sommige aandoeningen leiden tot een trager herstel, waardoor het risico toeneemt dat de werkonderbreking langer dan een jaar duurt: mentale stoornissen (70%), burn-out (73%), musculoskeletale aandoeningen (78%), kanker en tumoren (59%), bloedziektes (68%),...
Bij andere aandoeningen verloopt het herstel daarentegen sneller, met bovengemiddelde hervattingspercentages: letsels en vergiftiging (90%), luchtwegaandoeningen (88%), spijsverteringsaandoeningen (92%) of infectie- en endocriene ziektes (86%).