Als zelfstandige in arbeidsongeschiktheid moet je rekening houden met andere dingen dan een werknemer die arbeidsongeschikt is.
Eerst en vooral mag je het werk niet deeltijds hervatten zonder toelating van de adviserend arts. Je moet eerst een schriftelijke bevestiging van die toelating hebben gekregen. Een werknemer mag wel al deeltijds beginnen werken, zonder de schriftelijke beslissing te hebben ontvangen.
Ook de administratieve duur van je arbeidsongeschiktheid is anders dan bij een werknemer. Dit hangt af van welke werkhervatting er is voorzien: volledige of niet volledige re-integratie. Vraag hierover meer uitleg aan je ziekenfonds.
Als zelfstandige zal je tijdens de eerste 6 maanden van je deeltijdse werkhervatting je volledige uitkeringen krijgen. Vanaf de 7e maanden worden die verminderd met 10%. Als je voor een langere periode deeltijds gaat werken, zal vanaf het begin van het 4e jaar, je recht op uitkeringen beoordeeld worden op basis van je beroepsinkomsten.
Tot slot is ook het formulier dat je als zelfstandige dient in te vullen anders dan bij een werknemer. Als zelfstandige staat op jouw formulier enkel het onderdeel ‘vraag tot toelating’ voor de adviserend arts van het ziekenfonds. Bij een werknemer bestaat het formulier uit twee onderdelen: ‘aangifte’ voor de administratieve dienst van het ziekenfonds en ‘aanvraag tot toelating’ voor de adviserend arts.
Het is aangewezen (dus niet verplicht) dat je de adviserend arts van je ziekenfonds op de hoogte brengt. Activiteiten waarbij je geen loon ontvangt of die louter occasioneel zijn, vereisen geen toestemming van de adviserend arts. Vraag na bij je ziekenfonds om zeker te zijn wat jij het beste doet.
Als je hervalt en niet langer deeltijds het werk kan uitvoeren, moet je een nieuwe aanvraag indienen bij de adviserend arts. Hij zal jouw situatie evalueren.
De adviserend arts evalueert of je deeltijds kan werken. Daarom is het belangrijk dat hij op de hoogte is van een wijziging in je uurrooster. Je moet daarom een nieuwe aanvraag voor deeltijdse werkhervatting indienen bij de adviserend arts, voor je uurrooster wijzigt. Zo kan de adviserend arts evalueren of de nieuwe uren geschikt zijn voor je medische toestand.
Als je tijdens het eerste jaar dat je arbeidsongeschiktheid bent, ook wel primaire arbeidsongeschiktheid genoemd, deeltijds aan het werk bent, moet je nog steeds verlengingen indienen. Ook tijdens het deeltijdse werk moet je arbeidsongeschiktheid aangegeven zijn via een ‘Getuigschrift van arbeidsongeschiktheid’.
Dat betekent dat je in die periode nog regelmatig uitgenodigd zal worden voor een gesprek bij de adviserend arts. Hij zal je situatie evalueren.
Je moet onmiddellijk stoppen met werken. Je loon en je uitkering die je kreeg tijdens de periode van deeltijds werk mag je behouden. Vanaf de datum van de weigering van je aanvraag krijg je opnieuw een voltijdse uitkering.
Elk maand geeft je werkgever door hoeveel uren je hebt gewerkt. Op basis van die informatie zal het ziekenfonds je uitkering berekenen.
De adviserend arts bepaalt vanaf welke dag je de toestemming krijgt om gedeeltelijke te werk te hervatten.
Om deeltijds je werk te hervatten, heb je de toestemming van de adviserend arts nodig. Je moet gedurende minstens 1 dag al je werkactiviteiten hebben stopgezet, om te mogen ingaan op die deeltijdse werkhervatting.
De toestemming is maximum 2 jaar geldig.
Je zal in die tijd nog regelmatig uitgenodigd worden voor een gesprek met je adviserend arts, zodat hij de situatie kan evalueren.
De adviserend arts van het ziekenfonds kan de toelating vernieuwen voor een maximale periode van 2 jaar.
Het is belangrijk dat je de aanvraag voor deeltijdse werkhervatting indient voor je het werk deeltijds hervat.
Zelfs als je de toestemming van je adviserende arts al hebt gekregen, moet je nog een aanvraag opsturen om de erkenning van je arbeidsongeschiktheid te laten verlengen.
Ben je te laat met deze aanvraag, dan kan je hiervoor een sanctie krijgen. Daarom is het heel belangrijk om het aanvraagformulier naar je ziekenfonds op te sturen, ten laatste op de eerste werkdag die onmiddellijk voorafgaat aan je werkhervatting. Bijvoorbeeld, je begint op maandag deeltijds te werken. Dan stuur je ten laatste de vrijdag voordien het aanvraagformulier naar je ziekenfonds.
Informeer bij je ziekenfonds om te weten wanneer jij die aanvraag ten laatste moet indienen.
De adviserend arts heeft 30 dagen de tijd om zijn akkoord te geven. Maar je kan het werk hervatten voor je de toelating van de adviserend arts hebt gekregen.
Als je werknemer bent en je de aanvraag tijdig indient, kan je weer deeltijds aan de slag. Je mag het werk hervatten voor je de toelating van de adviserend arts hebt gekregen. Je hoeft dus niet te wachten tot je meer nieuws hebt over de goedkeuring van je aanvraag. Als zelfstandige heb je wel eerst de schriftelijke toelating van de adviserend arts nodig.
Je bezorgt het formulier via post of door afgifte van het formulier aan je ziekenfonds.
Als de preventieadviseur-arbeidsarts het re-integratieplan heeft opgesteld, ben je niet verplicht om een toelating aan de adviserend arts te vragen.
Je werkgever mag je tijdens je arbeidsongeschiktheid ontslaan voor andere redenen dan je arbeidsongeschiktheid, maar je opzegtermijn gaat pas van start wanneer je terug aan het werk kan. Werd je al ontslagen voor je arbeidsongeschiktheid, dan wordt je opzegtermijn opgeschort. Bezorg in geval van ontslag een kopie van je C4 aan je ziekenfonds.
Als het re-integratietraject ten einde is, kan de werkgever een C4 omwille medische redenen geven.
Als je van je werkgever een wettelijke opzeggingsvergoeding krijgt voor je ontslag moet je dit zeker melden aan je ziekenfonds. Een opzeggingsvergoeding mag niet gecombineerd worden met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid. Geef dus op tijd door aan je ziekenfonds dat je een opzeggingsvergoeding ontvangen hebt, om te voorkomen dat je later je ziekte-uitkering moet terugbetalen.
Je kan op elk moment tijdens het re-integratietraject een aanvraag tot herscholing indienen.
De adviserend arts moet binnen drie weken na de ontvangst van een kopie van het re-integratieplan reageren.
Een herscholing kan meerdere jaren duren. In die periode krijg je nog altijd je uitkering voor je arbeidsongeschiktheid. Zodra je de herscholing hebt afgerond, moet je actief op zoek gaan naar werk en ingaan op een aanbod tot tewerkstelling.
Je ziekenfonds kan onder bepaalde voorwaarden een deel van de herscholing betalen. Dan gaat het om bijvoorbeeld inschrijvingskosten, materiaal of verplaatsingskosten.
Het initiatief om een re-integratietraject effectief op te starten kan van de adviserend arts van je ziekenfonds komen. Maar je mag ook zelf een aanzet geven. Binnen de 2 maanden na de aangifte van je arbeidsongeschiktheid zal de adviserend arts de eerste stap zetten om eventueel traject op te starten.
Als je werknemer bent met een arbeidsovereenkomst, zal het re-integratietraject voornamelijk via de arbeidsgeneesheer verlopen.
Een re-integratietraject wordt via de adviserend arts van je ziekenfonds opgestart. Je komt in aanmerking als je arbeidsongeschikt ben geworden vanaf 2017 en opnieuw wilt gaan werken volgens aangepaste maatregelen. Concreet betekent dit een traject van geleidelijke werkhervatting, aangepaste of andere job, of volledige herscholing.
Om tijdens de arbeidsongeschiktheid deeltijds het werk te hervatten, moet je een specifiek aanvraagformulier invullen: ‘Aanvraag van een gedeeltelijke werkhervatting tijdens de arbeidsongeschiktheid’.
Ditzelfde aanvraagformulier is ook nodig om de toelating van de adviserend arts aan te vragen.
Stuur het aanvraagformulier naar het ziekenfonds ten laatste op de eerste werkdag die onmiddellijk voorafgaat aan uw werkhervatting. Start je bijvoorbeeld op maandag met een deeltijdse werkhervatting? Dan moet je ten laatste de vrijdag voordien dit document opsturen naar je ziekenfonds.
Het is belangrijk dat je alle gevraagde gegevens op het formulier invult. Controleer extra of de datum van werkhervatting ingevuld is!
Je moet uiterlijk de eerste werkdag die aan die hervatting voorafgaat een verplicht voorafgaandelijke aangifte doen bij je ziekenfonds. Bovendien moet de adviserend arts van je ziekenfonds de toelating geven om deze deeltijdse activiteit uit te oefenen tijdens de arbeidsongeschiktheid.
Als je arbeidsongeschikt werd erkend, mag je een deeltijdse activiteit hervatten, maar dan moet je wel aan enkele voorwaarden voldoen.
- Medisch gezien ben je nog steeds voor minstens 50% arbeidsongeschikt.
- Het uitoefenen van die werkhervatting is verenigbaar met je gezondheidstoestand.
De adviserend arts beslist of je in aanmerking komt om deeltijds te werken.